Overzicht verbonden partijen

Enexis beheert het energienetwerk in Noord-, Oost- en Zuid-Nederland voor de aansluiting van ongeveer 2,7 miljoen huishoudens, bedrijven en overheden. De netbeheerderstaak is een publiek belang, wettelijk geregeld met o.a. toezicht vanuit de Autoriteit Consument en Markt.
De vennootschap heeft ten doel het realiseren van een duurzame energievoorziening door state of the art dienstverlening en netwerken en door regie te nemen in innovatieve oplossingen. Dit om de energietransitie te versnellen én excellent netbeheer uit te voeren.

De rol van Enexis is essentieel voor versnelling van de energietransitie. Enexis is een strategische partner voor het bieden van een belangrijk fundament voor het kunnen behalen van de doelstellingen ten aanzien van broeikasgasreductie en duurzame opwek. In de Energieagenda 2019-2030 staat toegelicht dat de energietransitie een systeemtransitie is die de hele maatschappij aangaat. Om deze transitie te realiseren moet er worden overgegaan van een centraal gestuurd, fossiel energiesysteem naar een decentraal, duurzaam energiesysteem. Dit vraagt forse aanpassingen in het energienetwerk en -dienstverlening. De investeringsplannen voor elektriciteit en gas 2020-2030 bevatten de uitbreidings- en vervangingsinvesteringen voor de elektriciteits- en gasnetten in het gehele beheersgebied van Enexis. Voor de financiering van een deel van deze investeringen hebben de meeste aandeelhouders in 2020 een converteerbare hybride aandeelhouderslening aan Enexis Holding verstrekt.

Financieel risico: Als gevolg van de extra investeringen in de energietransitie en de doorberekening van de Tennet-tarieven zal de winst 2022 en het in 2022 te ontvangen dividend over de winst van 2021 substantieel lager zijn ten opzichte van de jaren 2019 en 2020. In 2022 is de prognose dat het uit te keren dividend gehalveerd zal zijn ten opzichte van 2020. In 2022 worden namelijk de tarieven door de Autoriteit Consument & Markt (ACM) opnieuw bepaald en zal de impact van de lage rente zich nadrukkelijk (negatief) doen gelden.
Verder zijn er de volgende risico's:
- Door de snelgroeiende vraag naar transportcapaciteit is er sprake van transportschaarste.
- Ten behoeve van de ontwikkeling van 'Duurzaam op Land' is er een grote toename aan vraag naar netcapaciteit.

De kerntaak van WML is het duurzaam en doelmatig leveren van leidingwater aan inwoners, bedrijven en (overheids)instellingen in Limburg. Drinkwater van uitstekende kwaliteit, 24 uur per dag en met de juiste druk.
WML stelt de openbare drinkwatervoorziening veilig, beschermt bronnen en stimuleert duurzaam gebruik van water.

Om de Maas als bron voor de productie van drinkwater voor de toekomst veilig te kunnen stellen, is meer inzicht nodig in de gevolgen van klimaatverandering op de afvoer van de Maas. Daarnaast moet meer internationaal worden samengewerkt om grip te krijgen op opkomende stoffen.

WML gaat het financieel beleid herijken in relatie tot toekomstige investeringen door ontwikkelingen zoals nieuwe, ongewenste stoffen in de waterbronnen, de energietransitie en klimaatontwikkelingen.
De BNG is gestopt met het financieren van langlopende geldleningen in de gehele drinkwatersector. De omvang van het vreemd vermogen van WML is relatief hoog. Om de financierbaarheid van WML veilig te stellen zal de schuldpositie van WML gereduceerd moeten worden en zullen -op de langere termijn- de investeringen meer met eigen vermogen gefinancierd dienen te worden.

De BNG-bank is een bank voor de publieke sector en streeft niet naar winstmaximalisatie, maar naar maatschappelijke impact en een redelijk rendement voor de aandeelhoudende overheden.
Onder de publieke sector rekent de BNG:
• de Nederlandse overheid, de provincies, de gemeenten en de waterschappen;
• organisaties die een overheidstaak uitvoeren zoals woningcorporaties, zorg- en onderwijsinstellingen;
• organisaties waarvan het aandelenkapitaal voor de helft of meer door de overheid wordt verschaft en/of activiteiten waarvoor de overheid 100% garant staat.
Met gespecialiseerde dienstverlening draagt de BNG bij aan het zo laag mogelijk houden van de kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger.

Gedurende 2020 hebben zich geen veranderingen voorgedaan in de belangen van aandeelhouders in BNG Bank.
De lage rentetarieven hebben een drukkend effect op de financiële resultaten.
De ECB heeft de banken aanbevolen om tot 30 september 2021 af te zien van dividenden of deze te beperken. BNG Bank heeft besloten gebruik te maken van de ruimte die de ECB biedt om een bedrag van circa € 25 miljoen aan dividend over 2019 uit te keren (€ 0,43 per aandeel). Het resterende bedrag van circa € 46 miljoen blijft gereserveerd voor uitkering op een later moment.
BNG Bank stelt conform haar kapitalisatie- en dividendbeleid een dividenduitkering over 2020 voor van € 101 miljoen (€ 1,81 per aandeel). Dat is 50% van de nettowinst die overblijft na aftrek van de uitkering aan houders van hybride kapitaal. Uitkering van het dividend over 2020 zal niet plaatsvinden vóór 30 september 2021 en is onderworpen aan mogelijke toekomstige aanbevelingen van de ECB.

- Alternatieve financieringsmogelijkheden voor klanten bij nieuwe instituties op de markt.
- Afname prijsvoordeel door huidige kapitaalmarktomstandigheden in combinatie met schaalgrootte concurrenten.
- Beperking klantenkring door terugtredende overheid als garantieverstrekker in combinatie met statutaire beperkingen.

Als het kennis- en expertisecentrum voor haar leden is Inkoopcentrum Zuid gericht op innovatieve en creatieve oplossingen voor inkoopvraagstukken. Het creëert aldus meer mogelijkheden voor optimaal en maatschappelijk verantwoord inkopen, slim gebruikmakend van de ruimte die de wet- en regelgeving biedt. Tevens sluit Inkoopcentrum Zuid zelfstandig raamovereenkomsten, waaraan leden kunnen deelnemen. Leden die tijdelijk behoefte hebben aan een (parttime) inkoopspecialist in eigen huis, kunnen daarvoor terecht bij Inkoopcentrum Zuid.

Geen bijzonderheden.

-

In de Participatiewet zijn de WWB, de Wsw en een deel van de Wajong samengevoegd. De Wsw-oud wordt door Risse Groep uitgevoerd. Daarnaast speelt Risse Groep als leerwerkbedrijf een belangrijke rol in het begeleiden van mensen naar werk.

De Risse is bezig met het opstellen van een toekomstvisie die uiterlijk november 2021 door het bestuur wordt vastgesteld. Uitgaande van de optimalisatieslag die op basis van de toekomstvisie Risse wordt gemaakt, wordt de meerjarenraming –inclusief de aanvullende gemeentelijke bijdragen voor de jaren 2023 tot en met 2026- in de 1e wijziging begroting Risse 2022 herijkt. De 1e wijziging begroting Risse 2022 wordt uiterlijk in december 2021 aan de colleges van de deelnemende gemeenten toegezonden

Het exploitatieresultaat 2022 kan slechter uitvallen dan nu wordt verwacht. Door de eenmalige extra aanvullende bijdrage van de gemeenten in 2021 beschikt De Risse echter over een kleine buffer in het weerstandsvermogen om nieuwe tegenvallers zelfstandig te kunnen opvangen.

Nederland is ingedeeld in 25 veiligheidsregio's. In een veiligheidsregio wordt samengewerkt door verschillende besturen en diensten bij de uitvoering van taken op het terrein van brandweerzorg, rampen- en crisisbeheersing, geneeskundige hulpverlening, openbare orde en veiligheid.

Binnen de Veiligheidsregio Limburg-Noord werken brandweer, GGD en crisisbeheersing samen. Tevens is de veiligheidsregio een samenwerkingsverband tussen de politie, gemeenten, defensie, waterschappen Rijkswaterstaat, ambulanceZorg Limburg-Noord en Prorail. Het doel van de samenwerking is gezamenlijke voorbereidingen treffen en de aanpak van een ramp of crisis gecoördineerd tot stand brengen.

Herijking kerntaken: Alle programma’s van de veiligheidsregio (Publieke Gezondheid, Brandweerzorg en Crisisbeheersing) en de bedrijfsvoering worden tegen het licht gehouden. In het voorjaar van 2021 heeft een eerste ronde van de discussie plaatsgevonden. Binnenkort wordt de discussie in het Algemeen Bestuur afgerond. De keuzes vertalen zich vervolgens naar een eerste wijziging van de begroting voor het jaar 2022.
In onze regio daalt het aantal kinderen gestaag. Een daling van het aantal kinderen vertaalt zich in een daling van de directe uitvoeringskosten van de jeugdgezondheidzorg. Helaas is de sociaal economische status in de afgelopen jaren verslechterd. Deze effecten zijn van invloed op de aard en omvang van de jeugdgezondheidszorg. Door deze ontwikkelingen is een reële structurele besparing ter grootte van € 200.000,- ontstaan. De verwerking van deze besparing wordt meegenomen in de kerntakendiscussie.

In 2016 is besloten tot nieuwbouw kazernes op een aantal plaatsen. Het bedrag van achterstallig onderhoud van deze kazernes zou meegenomen worden in de nieuwbouw. Er lijkt discussie te zijn ontstaan over het bedrag van achterstallig onderhoud. Daarnaast is er vertraging ontstaan in de vergunningentrajecten die hebben geleid tot een latere start van de bouw van diverse kazernes en daarmee tot hogere bouwkosten dan geraamd (inflatiecorrectie). De combinatie van beide tegenvallers kan leiden tot een financieel risico.

De Gemeenschappelijke Regeling Regionale Uitvoerings Dienst Limburg Noord (GR RUD LN) is met ingang van 1 januari 2018 praktisch van start gegaan met 15 Noord- en Midden Limburgse gemeenten en de provincie als deelnemers.

Binnen de huidige exploitatie is een post van € 50.000,- opgenomen voor onvoorziene uitgaven. In het kader van de begroting 2021 is besloten om geen algemene reserve in te stellen.

De grootste ontwikkeling voor de komende jaren is de inwerkingtreding van de Omgevingswet en de Wet Kwaliteitsborging bouwen. Het hieruit voortvloeiende digitale stelsel omgevingswet zal worden geïmplementeerd.

Het is mogelijk dat met de post onvoorzien van € 50.000,- de risico’s niet afgedekt kunnen worden. Elke deelnemer neemt deel in het risico van een negatief resultaat.

In de risicoparagraaf worden een aantal risico's beschreven, onder andere het ziekteverzuim, bijscholing van medewerkers, kosten ontwikkeling ICT voorzieningen en gegevensbescherming in het kader van de AVG.

Omnibuzz regelt het doelgroepenvervoer voor inwoners van Weert met een mobiliteitsbeperking. De kosten worden uit het Wmo budget voldaan. Omdat gemeenten naast Wmo vervoer ook verantwoordelijk zijn voor andere vormen van doelgroepen-vervoer, zoals het Wmo begeleid vervoer (dagbesteding en dagopvang), het vervoer in het kader van de Jeugdwet en het leerlingenvervoer, wordt gestreefd naar een gefaseerde instroom van deze vervoersvormen om synergievoordelen te behalen.

Op verzoek van en in overleg met de deelnemende gemeenten is door Omnibuzz een pakket aan maatregelen uitgewerkt met als doel zowel de organisatie als de klant slimmer en efficiënter om te laten gaan met de beschikbare middelen.

Ondanks de stijging van de vervoersintensiteit is de kwaliteit van het vervoer uitstekend gebleven.
Op basis van de visie “Goed, veilig, betrouwbaar en betaalbaar doelgroepenvervoer voor nu en later” heeft Omnibuzz verder invulling gegeven aan de ambitie om te groeien tot een professionele regiecentrale.

Na een ambtelijke en bestuurlijke evaluatie en een bespreking van de resultaten, is in 2019,  naast de reguliere overlegmomenten, gestart met themasessies waarin ambtenaren inhoudelijk voorbereid worden op hun adviserende rol bij relevante besluitvormingsthema’s.
Daarnaast wordt 6x per jaar een bestuurlijke informatiebrief verzonden om gemeenten te informeren over de lopende gang van zaken qua vervoer en financiën alsmede actuele thema’s.

De door de corona pandemie ontstane daling van het vervoer in 2020 heeft zich ook nog in 2021 voortgezet. Nu er echter versoepelingen zijn stijgt ook het vervoer weer echter nog niet tot het oude niveau. Daarnaast zijn door de crisis een aantal activiteiten die zouden moeten leiden tot een stabilisering van het vervoersvolume verschoven naar een later tijdstip.

De volgende bedrijfsrisico’s kunnen zich voordoen:

• Bezuinigingen door gemeenten.
• Uittreden van gemeenten uit de GR.
• Beheersbaarheid van het vervoer.
• Instromen overige vervoersvormen.
• Procesrisico’s (uitvoering van taken omtrent regie en planning en beperkte bezetting).
• Personele risico’s (beperkte bezetting/ kennis van het personeel).
• ICT risico’s.
• Financiële risico’s (inkoop, btw verhoging).
• Kwaliteitsrisico’s (kwaliteit van informatie en vervoerders).

BsGW draagt zorg voor het heffen en innen van alle lokale belastingen (gemeentelijk en voor waterschappen) en beheert de authentieke basisregistratie WOZ (administratie en waardering). Het takenpakket bestrijkt het taakveld van advisering en opstellen van conceptverordening(en), de opbouw van benodigde basisregistraties en het opleggen en innen van de aanslagen tot en met de dwanginvordering. Afhandeling van klantreacties gedurende al deze processtappen behoort eveneens tot het takenpakket.

Vanaf 1 januari 2022 is er een verplichting om woningen te waarderen op basis van de gebruiksoppervlakte in plaats van op bruto inhoud (momenteel gebruikt BsGW deze waarderingsmethode). Kosten die hieruit voortvloeien zijn inmiddels per gemeente op basis van een plan van aanpak doorberekend.
Daarnaast wordt een uniforme (samenhangende) objectenregistratie (SOR) steeds belangrijker. Deze ontwikkeling heeft mogelijk financiële gevolgen voor de meerjarenbegroting 2022 en verder. BsGW zal op termijn in samenspraak met de deelnemers een besluit moeten nemen wie alle object gebonden gegevens verzamelt, bijhoudt en muteert.

Het voornaamste risico dat voor de gemeente uit dit samenwerkingsverband voortkomt is de toenemende hoogte van de proceskosten in verband met het afhandelen van bezwaarschriften en ontwikkelkosten. Dit blijft een aandachtspunt.

BsGW werkt tegen de laagst mogelijke kosten, uitgaande van de beste prijs/prestatie verhouding gekoppeld aan handhaving en waar mogelijk verhoging van het niveau van de dienstverlening. BsGW investeert als kwaliteitsorganisatie continu in de ontwikkeling van kennis en resultaatbewustzijn van zijn medewerkers.

Eventuele begrotingswijzigingen van BsGW worden behandeld in de raad.

In de raadsvergadering van 13 december 2017 heeft de gemeenteraad ingestemd met het oprichten van een gemeenschappelijke regeling ICT Noord- en Midden Limburg in de vorm van een Bedrijfsvoeringsorganisatie (BVO) per 1 januari 2018.
Het doel van de samenwerking is: een flexibelere, efficiëntere en professionelere dienstverlening op het gebied van Informatie en Communicatie Technologie (ICT). Per 1-5-2021 zijn ook de gemeenten Asten en Someren toegetreden tot de BVO.

In de BVO vormen de gemeenten samen één bestuurslaag: het bestuur. De deelnemende gemeenten zijn: Roermond, Venlo, Weert en Nederweert, Asten en Someren.

Er zijn zienswijzen ingediend op de begroting 2022. Deze betreffen het verzoek tot meer sturingsmiddelen, inzicht en grip op financiën en de daarbij behorende dienstverlening.

Een risico is dat de dienstverlening vervreemd van de organisatie. Ter voorkoming hiervan is een stevige governance structuur ingericht.

ASL is een vereniging, waar alle Limburgse gemeenten lid van zijn. ASL stelt zich ten doel om ingezameld huishoudelijk afval op een efficiënte wijze zo verantwoord mogelijk voor het milieu te laten verwerken. Dat doet zij bijvoorbeeld via contract-aanbesteding voor gemeenten voor grote afvalstromen zoals GFT en restafval en mogelijk in de toekomst meer stromen. ASL zorgt ook voor kennisdeling tussen de leden en voor belangenbehartiging van de leden op nationaal niveau.

Eind 2019 heeft ASL een nieuwe visie vastgesteld over hoe in de toekomst om te gaan met afval in onze provincie. De leden willen niet meer traditioneel afvalvolume in de markt zetten. Ze gaan voor een aanpak met de kernwoorden circulair, samenwerking en grensverleggend.

De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) is de organisatie die alle gemeenten in Nederland en de overzeese gebieden verbindt. De vereniging heeft als doel om de lokale overheid te versterken, zodat gemeenten hun inwoners optimaal kunnen bedienen.

Er zijn geen bijzonderheden te vermelden.

De samenwerking tussen 7 Limburgse gemeenten en de maatschappelijke partners is er op gericht de groene, verbindende en aantrekkelijke identiteit van Midden-Limburg te behouden en waar nodig te versterken. Door de samenwerking wordt bijgedragen aan een innovatieve en duurzame ontwikkeling van deze regio en het realiseren van maatschappelijke opgaven.

SML werkt aan een Regionale Investeringsagenda Midden-Limburg. Hierin werken we gezamenlijk aan de uitdagingen uit de visie Verbindend Hart van Limburg.

De gemeentes Leudal, Cranendonck, Maasgouw, Nederweert, Roerdalen, Roermond en Weert ondernemen samen onder de naam; Keyport, dé ondernemende regio!
Een regio die zich kenmerkt door flexibele en slimme MKB bedrijven. Bedrijven die samen met vele handige handjes en slimme koppen de economische motor van de regio zijn.
Keyport is ook een netwerkorganisatie die ondernemers, onderwijs en overheid helpt met beter ondernemen. Samen willen we de economische structuur duurzaam versterken.
Concreet, doelgericht en waardevol. Keyport helpt met vragen over innovatie, duurzaamheid, ondernemerschap, personeel en zichtbaarheid.

Keyport voert het Routeplan Keyport Next Level 2021-2024 uit. Dit plan geeft richting aan de ambitie en doelstellingen voor de periode tot 2025. Door uitvoering te geven aan dit plan kan er antwoord worden gegeven op de grote uitdagingen die er liggen, zoals de omslag van lineair naar circulair, arbeidsmarktvraagstukken, robotisering en digitalisering.
De voor de uitvoering van dit plan gevraagde verhoging van de bijdrage is niet door alle gemeenten ondersteund. Voor 2021 en 2022 is de bijdrage bevroren op het huidige niveau van € 2,47 per inwoner. Met de toekenning van de MKB-deal (€ 317.000,-) en resterende provinciale subsidie kan Keyport voorlopig de ambities van het Routeplan uitvoeren. Daar komt bij dat er door de coronacrisis minder activiteiten zijn uitgevoerd dan gepland, en er daardoor minder is uitgegeven.

Samenwerkingsvorm met als doel invulling te geven aan de wettelijke verplichtingen uit de Wet BGT en vervolgens aan het optimaliseren van het beheer en gebruik van Geo informatie.

In ECGeo vormen de deelnemende gemeenten (Roermond, Leudal, Weert en Nederweert) samen één bestuurslaag: het bestuur. Elke gemeente heeft één stem.

Het nut en belang van GEO-informatie is groter dan ooit. Het goed op orde hebben van deze data is van groot belang voor de uitdagingen van de toekomst. Er zal intensievere samenwerking tussen de verschillende werkvelden ontstaan, waarbij GEO-informatie de sleutel tot verbinding vormt. Daarom is het voor ECGeo belangrijk zich te verbreden en bekwamen in informatie- advisering en innovatie rondom GEO-informatie.

De belangrijkste ontwikkeling is de doorontwikkeling van de GEO-basisregistraties. Hierin wordt medio 2025 een eindbeeld geschetst van een 3D- samenhangende objectenregistratie waarin minimaal (delen van) de BGT, BAG, WOZ en BOR een positie krijgen. De huidige registraties gaan in elkaar op en worden aangevuld met informatie over de objecten in deze registraties van andere bronhouders. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het Nationaal Wegenbestand (NWB) van Rijkswater-staat of de leggers van de waterschappen. Deze ontwikkeling betekent veel voor alle organisaties die momenteel in deze registraties actief zijn en kan organisatorisch van intensievere samen-werking tot het in elkaar opgaan van organisaties betekenen.

In het geval van ECGeo waarin binnen de gemeenten versnippering in de uitvoering en beheer is ontstaan (WOZ bij een belastingsamenwerking, BAG en BOR bij de afzonderlijke gemeenten, ECGeo BGT en GEO-component in de andere registraties) kan dit afhankelijk van de keuze van de opdrachtgevers grote impact hebben. Elke afzonderlijke vermelde taak kan in theorie bij verschillende partijen liggen, mits er goed wordt samengewerkt. Binnen ECGeo worden pilots uitgevoerd om grip te krijgen op thema’s binnen deze ontwikkeling.